Voor het managen van alle (maatschappelijke) opgaven in de fysieke leefomgeving helpt het om een goede stip op de horizon te definiëren. Hiermee geef je richting aan de gewenste ontwikkeling, maar houd je ook vrijheid hoe je hieraan invulling geeft. Immers, ontwikkelingen gaan snel en zo houd je ruimte om in te springen op innovaties of kansen. Een stip helpt ook in de communicatie naar directie en bestuur. Je managet de verwachtingen – de doorontwikkeling kost tijd en is niet zomaar even geregeld. Het benoemen van tussenstappen en het benoemen en monitoren van KPI’s helpt vervolgens om voortgang te laten zien.

Dit artikel verscheen in Stadswerk, juni 2022

Hoe bepaal je die stip om de gewenste beweging in gang te zetten?

Hier komt de Omgevingswet om de hoek kijken. Het gedachtegoed van de Omgevingswet - en het instrument programma - vormen voor de beheerder de ideale stip op de horizon: het Omgevingsprogramma Fysieke Leefomgeving! Naast het programma als kerninstrument zijn er ook vier 'gedachten' in de Omgevingswet die geschikt zijn om integraal beheer aan te spiegelen; leefomgeving centraal, inzichtelijk en transparant, ruimte voor maatwerk en cultuurverandering. Hier zoomen we nader op in. Deze ‘gedachten’ worden in het artikel verder belicht. Ook worden de opgaven gepositioneerd in het groeipad omgevingsprogramma fysieke leefomgeving.

Omgevingsprogramma Fysieke Leefomgeving

Veel managers en bestuurders herkennen zich in de veelheid aan opgaven. Zij zien vaak het eindbeeld voor ogen maar beseffen maar al te goed dat bij het doorvoeren van veranderingen het juiste tempo belangrijk is. Dus bepaal de juiste route en deelstappen om toe te werken naar het Omgevingsprogramma Fysieke Leefomgeving. Zo leg je verbindingen tussen de fysieke asset en de maatschappelijke opgaven en breng je de organisatie in beweging.