Antea Group en Den Haag maken duurzaamheidsambities waar met verwijderen peilbuizen

Ieder jaar verdwijnen er vele honderden peilbuizen in de bodem. Daar doen ze dienst als hulpmiddel bij bodemonderzoeken en het peilen van de grondwaterstand. Maar dat de buizen vervolgens in de bodem achterblijven, is ‘onwenselijk en niet milieuvriendelijk’, vertelt projectmanager Tonnie Lindeman. En dus startte ze samen met haar collega Lisa de Ruiter het initiatief ‘Tweede leven peilbuizen’. Daarbij helpt Antea Group organisaties met het verwijderen van gebruikte buizen, om deze vervolgens te recyclen.

Den Haag was de eerste gemeente die het initiatief omarmde. De gemeente heeft een glasheldere visie op de buizen. “Peilbuizen vervuilen het straatbeeld en laten ook onnodig plastic in de bodem achter”, vat projectleider Marcel de Jongh het probleem samen. Reden genoeg om de krachten te bundelen en samen de buizen uit de bodem te verwijderen. Daarmee geeft zowel Antea Group als de gemeente Den Haag invulling aan de Sustainable Development Goals waaraan beide organisaties zich hebben gecommitteerd.

Ondanks deze nobele gedachte bleek de praktijk nogal weerbarstig. “Het was nog een hele uitdaging om iemand te vinden die kon helpen met het verwijderen van de peilbuizen. We zijn bij meerdere organisaties geweest, maar liepen daar steeds tegen allerlei praktische belemmeringen aan”, zegt Ruth Eschweiler, die als HR-partner bij het project betrokken was. “Tot we uiteindelijk bij Werkse! terechtkwamen na een tip van een andere opdrachtgever, gemeente Delft. Werkse! is een sociaal ontwikkelingsbedrijf dat mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt helpt aan passend werk. Daar werden we enthousiast onthaald en leerden we Edward kennen.”

Edward werd gekoppeld aan veldwerker Tomas Wolkers, met wie hij samen aan de slag zou gaan. “Er was een bijzondere chemie tussen Tomas en Edward”, vertelt Eschweiler. “Tomas is vanwege rugklachten helaas niet in staat om de peilbuizen zelf te verwijderen, maar kon Edward wel uitstekend aansturen en begeleiden. Het mooie is dat Tomas 15 jaar ervaring heeft als vrijwilliger in de gehandicaptenzorg. Het geduld waarmee hij Edward begeleidde, was prachtig om te zien. Ze hadden er allebei zichtbaar plezier in.”

Met een elektrische Renault Kangoo reden Tomas en Edward samen door Den Haag. Verspreid over tien werkdagen oogstten ze in totaal 120 peilbuizen in de Jasmijnstraat, de Columbusstraat en de Newtonstraat. Samen zijn de buizen goed voor een lengte van 1.125 meter, ruim een kilometer lang dus! Alle buizen die Tomas en Edward samen hebben verzameld, keren weer terug naar de leverancier. Via het Buizen Inzamel Systeem (BIS) worden ze vervolgens verwerkt tot granulaat voor een nieuw product.

Tekst gaat verder onder de foto's

Tomas en Edward kijken beiden enthousiast terug op hun samenwerking. Ook de gemeente Den Haag heeft het project en de samenwerking met Antea Group als heel positief ervaren. “Het is heel mooi hoe Antea Group met dit initiatief zorgt voor het milieu en daarbij ook aan social return denkt. We zijn ook erg tevreden over de manier waarop de pilot zelf is verlopen. Tonnie en Lisa hebben ons goed voorgelicht. Ook tijdens de werkzaamheden zijn we heel netjes op de hoogte gehouden”, aldus De Jongh.

Ook binnen Antea Group wakkerde het initiatief veel enthousiasme en betrokkenheid aan, weet Eschweiler. “We merkten dat onze medewerkers heel enthousiast reageerden op dit initiatief. Mensen willen echt hun steentje bijdragen. Het laten verwijderen van peilbuizen door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt geeft een mooie invulling aan het begrip werkgeluk. De wil om zulke initiatieven te laten slagen, is dan ook heel groot.”

Lindeman valt haar collega bij en noemt het initiatief ‘zeer geslaagd’. “We willen het verwijderen van gebruikte peilbuizen met mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt standaard in onze dienstverlening implementeren. Ook andere organisaties die op deze manier iets goed willen doen voor mens en milieu kunnen ons hiervoor benaderen. Daarnaast willen we graag onderzoeken of we mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt ook bij andere projecten kunnen betrekken. Het is zo waardevol om op deze manier iets voor mens, milieu en maatschappij te kunnen doen!”