In 2040 kampt ruim de helft van alle Nederlanders met tenminste één chronische aandoening. Dit legt een enorme druk op de gezondheidszorg. De overheid zet op meerdere sporen in om deze naderende gezondheidscrisis het hoofd te bieden. Een leefomgeving die bijdraagt aan een vitalere samenleving is daar een van. Hoe zorg je daarvoor?

Dit artikel verscheen in Stadswerk Magazine en werd geschreven door Annemarie Hatzman (Projectmanager Planvorming & Mobiliteit) en Gonda de Boer (Adviesgroepmanager Beheer), beiden werkzaam bij Antea Group.

Trendscenario ministerie van Volksgezondheid

De cijfers liegen er niet om. Zo voorspelt het Trendscenario van het ministerie van Volksgezondheid dat er in 2040 9,8 miljoen Nederlanders (54 procent van de bevolking) zijn die kampen met een chronische aandoening. Kanker, hart- en vaatziekten en psychische aandoeningen zorgen tegen die tijd voor de zwaarste zorglast. Verontrustend is ook de gezondheidskloof die zich de komende decennia verder gaat verdiepen: zo hebben lager opgeleiden en inwoners met een migratie-achtergrond tot wel twaalf jaar minder gezonde jaren voor de boeg dan hoger opgeleide mensen.

Landelijke nota gezondheidsbeleid

Wanneer deze trend niet wordt gekeerd, dreigen de zorguitgaven in twintig jaar tijd te verdubbelen naar 200 miljard euro - een kostenpost die we niet kunnen dragen. Niet voor niets wil de overheid Nederland gezonder maken. Hierbij wordt uitgegaan van de brede definitie van gezondheid: ‘het vermogen zich aan te passen en eigen regie te voeren in het licht van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen in het leven.’ 

Onder meer de Landelijke nota gezondheidsbeleid 2020-2024 moet hieraan een bijdrage leveren. Een van de thema’s in deze nota gaat over het verbeteren van de gezondheid via de fysieke en sociale leefomgeving. Bijvoorbeeld door ervoor te zorgen dat er in 2024 bij belangenafwegingen in het ruimtelijk beleid structureel rekening wordt gehouden met gezondheid. Ook de Omgevingswet verplicht vanuit het fysieke domein om sterke en gezonde steden en regio’s te ontwikkelen en maakt gezondheid een verplicht onderdeel in omgevingsplannen in 2029.

Dit is zowaar geen eenvoudige opgave. Want hoe ziet die gezonde leefomgeving er überhaupt uit, welke ambities voor de korte en lange termijn stel je en met welke interventies maak je impact? Het zijn vragen waar in elke gemeente, elke stad en elke wijk een ander antwoord uit kan rollen. Ten eerste omdat de impact van de omgeving op die brede definitie van gezondheid lastig te kwantificeren en te voorspellen is. Maar ook omdat individuele omstandigheden, sociaaleconomische context en leefomgeving op verschillende niveaus op elkaar inwerken.

Twee bloedgroepen

Bouwen aan een gezonde leefomgeving vraagt daarom meer dan ooit om een aanpak waarin het fysieke én het sociale domein samen optrekken. Het sociale domein met haar kennis van wijken die kwetsbaar zijn én problematiek zoals eenzaamheid, overgewicht, onderwijsachterstanden. Het fysieke domein met haar kennis van landschappelijke en stedelijke inrichting, planvorming en het beheer van assets zoals groen, riolering, wegen en straatmeubilair.

Dit klinkt als een no-brainer. Maar dat is het in de praktijk niet. Sowieso zijn het twee verschillende bloedgroepen die een andere taal spreken. Zo beschikt de beheerder of stedenbouwkundige - die vaak denkt vanuit de kaart - niet over het inzicht in sociale vraagstukken die op een locatie spelen. Een sociale werker is niet bekend met de technische en ruimtelijke mogelijkheden en onmogelijkheden die je hebt. Toch kun je deze werelden wel degelijk bijeenbrengen, zolang je ze maar voldoende houvast biedt.

Een manier om beide bloedgroepen samen op weg te brengen bij het ontwikkelen van beleid en planvorming, is de Urban Health Benchmark die Antea Group heeft ontwikkeld. Deze benchmark biedt inzicht in tien dimensies - en bijbehorende maatregelen - die bijdragen aan gezondheid. Door al die dimensies, zoals milieu, veiligheid of mobiliteit samen te doorlopen, zie je dat domeinen in gesprek raken, elkaar goed weten te vinden en soms al meteen tot koppelkansen komen.

Download het hele artikel