‘Om wat voor object het ook gaat: we willen het zo lang mogelijk in optimale conditie houden en met behoud van alle functies’, zegt Dennis Jansen, manager van de adviesgroep asset management bij ingenieurs- en adviesbureau Antea Group. ‘Het mag dan wel een modeterm zijn, maar digital twins bieden hier zeker een meerwaarde: die vertellen je precies hoe het object ervoor staat.’

Data analyse

Die meerwaarde zit voor Jansen niet zozeer in het ­model of in de datalaag, maar in de analyse. ‘In Leeuwarden hebben we een smart bridge gebouwd. Door een combinatie van verschillende sensoren krijgen we in real time informatie over bijvoorbeeld gebruik en slijtage.’

En die informatie is goud waard, maakt Jansen duidelijk met een vergelijking. ‘Worden mensen zestig, dan kunnen ze in de regel wel nieuwe knieën gebruiken. Alleen sommige zestigers lopen nog fluitend een marathon, terwijl anderen al eerder moeite krijgen met lopen. Geef je iedereen van zestig nieuwe knieën, dan kies je voor de theoretische benadering, terwijl iedereen zal beamen dat je beter naar de staat van het gewricht kunt kijken voor je ingrijpt.

Praktische benadering

Digital twins geven ingenieurs de mogelijkheid om voor die laatste, praktische benadering te kiezen. ‘De levensduur van een object is met een digital twin veel beter te voorspellen dan op basis van theoretische ­modellen,’ stelt Jansen. ‘Met een digital twin kun je simulaties uitvoeren waarbij je de data afkomstig van sensoren als input gebruikt. Met die data ben je beter in staat de kwaliteit van het object te volgen en de juiste beslissingen te nemen. Dat scheelt onderhoud en vroegtijdige vervanging.’

Het is niet zo dat er in de toekomst alleen nog data-­experts nodig zijn bij het analyseren van de staat van een bouwwerk, benadrukt Jansen. ‘De ingenieur met jarenlange ervaring met bijvoorbeeld het bouwen van bruggen blijft leidend, maar door een data-expert aan het team toe te voegen ontstaat er een gouden combinatie. In civieltechnische opleidingen is nú al meer aandacht voor het verwerken van dynamische datastromen.’ 

Systeemniveau

De komende jaren verwacht Jansen dat digital twins zich zullen ontwikkelen van object- naar systeemniveau. ‘Dan hebben we het niet meer alleen over die brug, maar ook over de weg ernaar toe en de bruggen verderop. Het verknopen van systemen maakt het mogelijk om nog meer te sturen en pas dan haal je het optimale uit de bouwwerken.’

Voor het opzetten van zo’n overkoepelende systeemtwin is het wel noodzakelijk dat verschillende ingenieursbureaus en overheden de data uit hun twins met elkaar delen, maar volgens Jansen is dat geen probleem. ‘Als je optimaal gebruik wilt maken van data moet je het juist niet alleen voor jezelf willen houden. We willen met elkaar de wereld een beetje leefbaarder maken en de ­digitalisering biedt hier juist grote kansen.’