De Zeesluis IJmuiden en het Woudagemaal bij Lemmer: twee waterwerken van wereldformaat. En dankzij een geactualiseerd noodplan zijn de crisisorganisaties van de grootste zeesluis én het grootste nog werkende stoomgemaal ter wereld goed voorbereid op calamiteiten.

Natuurlijk, tussen een zeesluis en een historisch stoomgemaal zitten grote verschillen. Toch is de aanpak om tot een noodplan te komen voor beide objecten hetzelfde, vertelt Martijn van Nieuwenhuijze. “Het belangrijkste is om eerst met elkaar duidelijk te krijgen wat de scope van het plan is, wie ermee moeten werken en welke partijen onderdeel uit moeten maken van een noodplan.”

Crisisbeheersing: snel en gecoördineerd handelen

Crisisbeheersing vraagt om snel en gecoördineerd handelen. “Je wilt een compact noodplan waarmee een crisisorganisatie goed uit de voeten kan. Daarom brengen wij een noodplan terug tot een klein aantal scenario’s die representatief zijn voor een groep van incidenten. We redeneren hierbij altijd vanuit de effecten. Een object kan stilvallen door extreem weer, maar ook door een cyberaanval. Verschillende incidenten, maar wel dezelfde effecten waar je op moet acteren.”

Noodplan vraagt om draagvlak

Naast het uitdenken van deze scenario’s en de bijpassende procedures vraagt een noodplan om draagvlak. Van Nieuwenhuijze: “Wie alarmeert, wie informeert en wie heb je nodig in de crisisbestrijding? Je moet vooraf duidelijk hebben welke partij waarvan is. En dit met elkaar bespreken. Alle lijntjes met de in- en externe partijen op voorhand moeten kloppen. Daar steken wij veel tijd in: tijdens de voorbereiding maar ook bij het toetsen van de plannen.”

Woudagemaal: publiekstrekker én werkend gemaal

De vraag om de noodplannen voor het Woudagemaal te actualiseren, kwam van beheerder Wetterskip Fryslân. Van Nieuwenhuijze: “Het gemaal wordt nog altijd ingezet bij hoogwater. En als UNESCO Werelderfgoed is het een enorme publiekstrekker. Het gemaal en het bezoekerscentrum ontvangen jaarlijks zo’n 40.000 bezoekers. Het is daarom belangrijk om ervoor te zorgen dat iedereen – werknemers én vrijwilligers – weet hoe je moet handelen bij calamiteiten.

Veiligheid publiek

De focus in de noodplannen voor het Woudagemaal lag op de zorg voor de veiligheid van mensen. Van Nieuwenhuijze: “Wat doe je als er brand uitbreekt terwijl je bezoekers ontvangt? Of als er iets mis gaat in de machinekamer terwijl het gemaal in werking is? Dit vraagt om een goede BHV-organisatie én procedures waar iedereen, dus ook de vrijwilligers betrokken bij het gemaal, mee kunnen werken. Eenvoudig, werkbaar en passend bij de noodplannen die er al lagen.”

Crisisbeheersing Zeesluis

Bij de Zeesluis IJmuiden was de aanleiding voor de actualisatie van de noodplannen anders. “Het sluizencomplex is uitgebreid met een nieuwe sluiskom”. Dit vroeg om een upgrade van de noodplannen. Anders dan bij het Woudegemaal heb je bij de sluis te maken met veel stakeholders: de sluisbeheerder, de gemeenschappelijke nautische Autoriteit, en de haven van Amsterdam. Daarnaast krijg je met andere scenario’s te maken: van de gevolgen van extreem weer tot en met verontreinigingen.”

Blauwdruk veiligheid

Ook bij de Zeesluis was het een kwestie van een blauwdruk maken dat per scenario taken en verantwoordelijkheden regelt: welke partij is in welke fase aan zet? Hoe regel je zaken als communicatie en de omgevingszorg? Van Nieuwenhuijze: “Dit heb je natuurlijk niet na één sessie al op papier. Dit vraagt om zorgvuldig en kritisch kijken, samen afwegingen maken en vervolgens de vertaling maken naar procedures en afspraken. En dan is onze ervaring met water gerelateerde objecten natuurlijk wel een pré.”

Voor de zeesluis en het Woudagemaal zijn de noodplannen inmiddels opgeleverd. Een belangrijke stap vindt Sonja van der Goot van Wetterskip Fryslân. Sonja: "We doen nu samen met al onze vrijwilligers jaarlijks een bedrijfshulpverlening oefening. Alle vrijwilligers die werkzaam zijn bij het Woudagemaal zijn dan ook in het bezit van een BHV diploma. Met jaarlijks zo'n 40.000 bezoekers is dit een fijn idee dat wij allemaal in staat zijn om hulp te bieden mocht er wat gebeuren."