Dag in, dag uit rijden we over stalen bruggen. Veilig, betrouwbaar en onverwoestbaar… zou je zeggen. Maar zelfs stalen sterkhouders hebben zwakke plekken. Binnen het RISK-programma bundelen Rijkswaterstaat en Antea Group hun expertise om eventuele problemen vroegtijdig te detecteren en onderhoud strategisch in te zetten. Zo houden we Nederland bereikbaar én in beweging.

Een ruggengraat van staal

Nederland telt vele honderden stalen bruggen. Ze overspannen rivieren, kanalen en wegen en vormen onmisbare schakels in ons mobiliteitsnetwerk. Logisch: staal is sterk, flexibel en ideaal voor grote overspanningen. Maar hoe robuust deze constructies ook lijken, zonder de juiste zorg kunnen ze wel degelijk verzwakken. Eind jaren negentig werd dat pijnlijk duidelijk, toen er scheuren in het rijdek van de Van Brienenoordbrug werden ontdekt, met alle gevolgen van dien.

“Hoe minder weggebruikers ons werk merken, hoe succesvoller het RISK-programma is. Want als alles soepel doorrijdt, weet je dat het werkt.”


Marco Freijsen
Projectmanager Rijkswaterstaat

Staal is niet onverwoestbaar

De oorzaak? “Toegenomen verkeersdrukte, zwaardere vrachtwagens en een ontwerp dat hierop niet berekend was,” legt Caroline den Besten van Rijkswaterstaat uit. “De schade leidde tot de vervanging van het westelijke brugdeel, maar ook tot het besef dat structureel toezicht op stalen bruggen noodzakelijk was. Want ‘De Brienenoord’ bleek geen incident te zijn. Ook bij andere stalen bruggen begon de constructie (soms letterlijk) te piepen en te kraken.