De bunzing, hermelijn en wezel, gezamenlijk bekend als ‘kleine marterachtigen’, kregen met de intrede van de Wet natuurbescherming in 2017 in een aantal provincies een beschermde status. Sinds 2017 neemt het aantal provincies waar deze soorten op de beschermingslijst staan toe, omdat deze soorten een negatieve trend laten zien in populatie. Gezien het feit dat het niet goed gaat met deze soorten, is het niet ondenkbaar dat deze soorten uiteindelijk landelijk beschermd worden.

Kansen en risico’s in ruimtelijke ontwikkelingen

De bescherming van kleine marterachtigen kan in diverse ruimtelijke ontwikkelingsprojecten tot knelpunten leiden, maar deze projecten kunnen ook kansen bieden om een positieve bijdrage te leveren aan de instandhouding van deze soorten. Door vroegtijdig ecologen in  ruimtelijke ontwikkelingsprojecten te betrekken, kunnen met passende maatregelen en ecologische begeleiding vertraging en risico’s tijdig worden herkend en aangepakt. Zo wordt een negatief effect op de kleine marterachtigen voorkomen. Ecologen van Antea Group zetten zich als lid van de ‘Werkgroep Kleine Marterachtigen’ bij de Zoogdiervereniging in voor deze soorten met betrekking tot kennisontwikkeling en advisering.

Praktijkonderzoek en kennisdeling

Bij ruimtelijke ontwikkelingen bestaat een kans op aanwezigheid van kleine marterachtigen. Indien binnen de invloedsfeer van een project kleine marterachtigen aanwezig zijn, is het bij negatieve effecten conform de Wet natuurbescherming noodzakelijk om voor deze soorten mitigatie/compensatie te treffen. Antea Group doet al jaren onderzoek naar deze soorten en heeft zich daarmee ontwikkeld tot een expert op het gebied van deze soorten. Samen met Zoogdiervereniging en studenten van de Wageningen Universiteit, Van Hall Larenstein en Inholland Delft onderzochten ecologen van Antea Group onder andere de (effectiviteit van) diverse onderzoeksmethodieken, verschillende lokstoffen en compensatie-mogelijkheden voor deze soorten. Via het Netwerk Groene Bureaus draagt Antea Group met deze kennis bij aan effectievere onderzoeksmethoden en de juiste compensatie bij ruimtelijke ontwikkelingen. Zo wordt op effectieve wijze vorm gegeven aan de beschermde status en wordt een positieve bijdrage geleverd aan de trend van deze soortgroep.

De vraag naar kennis over deze soorten is enorm. Het onderzoek naar deze soorten met camera-opstellingen is erg waardevol. Door ons vroegtijdig bij grootschalige ruimtelijke ontwikkelingen te betrekken en onderzoek te doen, kunnen we rekening houden met deze soorten wat vertraging voor projecten voorkomt.


Jeffrey Peereboom
Marterexpert

Innovatie in onderzoek door kunstmatige intelligentie

Onderzoek naar beschermde soorten is vaak intensief werk waarbij door middel van camera’s de aanwezigheid van soorten wordt onderzocht. Antea Group investeert voortdurend in innovaties die bijdragen aan kennis van soorten en de effectiviteit van onderzoek. Zo werken de ecologen van Antea Group met diverse partijen samen om software te ontwikkelen voor het analyseren en verwerken van beeldmateriaal d.m.v. een beeldherkenningsalgoritme. Zo worden soms duizenden foto’s in slechts enkele minuten op basis van kunstmatige intelligentie en beeldherkenning verwerkt, waarbij de beelden van kleine marterachtigen worden gescheiden van beelden zoals bijvoorbeeld muizen. Deze kennisontwikkeling passen wij direct toe bij lopende onderzoeken voor onze opdrachtgevers.

Uniformeren plannen en protocollen

Sinds de invoering van de Wet natuurbescherming in 2017 zijn provincies verantwoordelijk voor de bescherming van soorten en het verlenen van vergunningen en ontheffingen in dit kader. Voor kleine marterachtigen was op dat moment nog geen uniform, geldend protocol opgesteld voor onderzoek en compensatie. Provincies publiceerden diverse, uiteenlopende protocollen. Door nieuwe kennis en inzichten bleken diverse omissies en tegenstrijdigheden in deze protocollen. Antea Group maakt zich met het Netwerk Groene Bureaus en de Zoogdiervereniging sterk voor het uniformeren van de werkwijze van het uitvoeren van onderzoek naar kleine marterachtigen en het opstellen van een landelijk protocol voor onderzoek en compensatie.